Meteen naar de tekst springen
Rundskop: herdefinieert de manier waarop we over Vlaamse cinema praten. (c) Savage Films

INDEX >> ACHTERGRONDEN >>

ROUNDUP VLAAMSE FILM 2011
De Vlaamse cinema leeft

 

Matthias Van Wichelen | 03/03/2011


Share/Bookmark

Heerlijk is het om ongegeneerd en zonder enige terughoudendheid te kunnen zeggen dat het goed gaat met de Vlaamse cinema. Ja inderdaad, het gaat goed met onze filmindustrie en hoe vaag de term ‘goed’ ook klinkt, het is de enige die accuraat weergeeft hoe we er voor staan.

We moeten niet meer overenthousiast zijn en onze dromen – stormenderhand de wereld veroveren – voor werkelijkheid nemen zoals in de tijd van Any Way the Wind Blows en De Zaak Alzheimer. Dat zijn zonder discussie knappe films die hun belang hadden in hun tijd, maar dat is alweer acht jaar geleden. Wie ze vandaag herbekijkt, vraagt zich af waar al die heisa toen voor nodig was. Wat nu uitgebracht wordt, is frisser, jonger, gedurfder, gevarieerder en populairder dan ooit. Er is kwantiteit en meer dan voldoende kwaliteit. Het is goed, maar in vergelijking met andere regio’s hebben we nog wat achterstand in te halen.

De afgelopen maanden gingen Pulsar, Rundskop, Frits en Freddy, Mega Mindy en het Zwarte Kristal, Smoorverliefd, Marieke, Marieke, Zot van A., Turquaze, Beyond the Steppes, Adem, En waar de Sterre bleef Stille Staan en 22 Mei met wisselend commercieel en artistiek succes in première.

Meesterwerken zijn het niet allemaal, maar echte misbaksels staan niet in het lijstje. Smoorverliefd komt nog het dichtst in de buurt. De film hangt met haken en ogen aan elkaar – het scenario deugt niet, de vertolkingen zijn wankel en voor een komedie is hij verbazingwekkend ongrappig – maar hij ziet er erg gelikt uit en zou perfect voer kunnen zijn voor een avondje film kijken onder Flairlezeressen die te veel witte wijn drinken.

Smoorverliefd (c) Caviar Dilms Na De Kus, Dennis van Rita en Smoorverliefd is ernstige twijfel over het talent van regisseuse Hilde Van Mieghem honderd procent gerechtvaardigd. Wat haar tegenstanders haar ook mogen verwijten: ze weet wat ze wil en ze heeft van Smoorverliefd helemaal de film gemaakt die ze wilde maken. Er zit persoonlijkheid en een zekere visie in en dat is ook wat waard (maar veel minder dan Hilde Van Mieghem denkt).

Op persoonlijkheid en een eigengereide visie zal men Jan Verheyen niet snel betrappen.  Wat hij als geen ander kan, is vlot verteerbare cinema maken voor een groot publiek. Met Zot van A. heeft hij zijn opdracht als een vakman volbracht. Het publiek ging massaal kijken wat leidde tot overdreven zure – zielige – reacties van de zelfverklaarde liefhebbers van de Betere Cinema.

Dat uitgerekend een brave, lieve en vriendelijke man als Jan Verheyen zo veel controverse uitlokt, is grappig. Eén bedenking toch: het is zonde dat de man die Alles Moet Weg draaide zijn tijd verdoet met Zot van A. Waar zit die producer die hem uit zijn comfort zone haalt en hem dwingt zijn talent ten volle te benutten?

Nieuwe generatie
Niet enkel het grote aantal films dat gemaakt wordt, is verheugend. Vooral het feit dat veel nieuwe filmmakers hun kans krijgen en grijpen is hoopvol. Kadir Balci (Turquaze), Sophie Schoukens (Marieke, Marieke), Hans Van Nuffel (Adem), Michaël R. Roskam (Rundskop), Gust Van den Berghe (En Waar de Sterre Bleef Stille Staan) en Vanja d'Alcantara (Beyond the Steppes) debuteerden. Alex Stockman (Pulsar) en Koen Mortier (22 Mei) maakten nog maar hun tweede film.

Hoewel ze totaal verschillende films gemaakt hebben, hebben ze hun zin voor risico en hun afkeer voor de gemakkelijkste oplossing gemeen. De keuze van de onderwerpen is weinig vanzelfsprekend. Wat te denken van de overlevingsstrijd van een vrouw in de steppen van Siberië (Beyond the Steppes), de hunkering naar liefde van twee MUCO-patiënten (Adem), een gehackte computer (Pulsar) of een Turk die trompet leert spelen (Turquaze)? Een traditionele boy-meets-girl of een Bullets, Bombs and Babes-film zit er niet bij.

22 mei (c) KFD Nog opvallender dan de gewaagde onderwerpkeuze is de visuele bravoure waarmee ze hun verhalen vertellen. Glynn Speeckaert verricht wonderen in 22 Mei. Wat Ruben Impens presteert in Turquaze, Adem en Beyond the Steppes is verbazingwekkend. Alain Marcoen (de vaste medewerker van de gebroeders Dardenne) maakt indruk met Marieke, Marieke. De man die alle anderen in de schaduw stelt, is Nicolas Karakatsanis met zijn overdonderende beeldenlawine in Rundskop. Andere landen benijden ons om zoveel getalenteerde directors of photography.

De onverdroten productie-ijver – ook op tv – geeft onverhoopte kansen aan onbekende(re) acteurs en actrices. Hoe strak Jan Decleir, Koen De Bouw en Veerle Baetens hun agenda ook plannen: ze kunnen echt niet in iedere film meespelen. 2010 en 2011 zijn de jaren van Barbara Sarafian (Dubbelleven, Zot van A., Marieke, Marieke en Rundskop) en Matthias Schoenaerts (Pulsar en Rundskop), van Sam Louwyck (22 Mei en  Rundskop) en Stef Aerts (Smoorverliefd en Adem).

Er is talent met hopen - An Miller, Wim Opbrouck, Eline Kuppens, Wouter Hendrickx, Anemone Valcke, Lotte Heytenis, Jeroen Perceval, Wine Dierickx, Laura Verlinden, Titus De Voogdt en Charlotte Vandermeersch en basically nog tientallen anderen – dat we graag nog meer aan het werk zouden zien want ze hebben het beste van zichzelf nog niet getoond. Keuze in overvloed. Het is een ongekende luxesituatie.

Publiek
Komt er ook iemand kijken? Dat het Vlaamse-sterren-verhikel Zot van A. een paar honderdduizend bezoekers zou trekken, verbaast niet. Dat de zonder subsidies gedraaide komedie Frits & Freddy zo vlot de kaap van 350 000 toeschouwers zou ronden, is een meer dan aangename verrassing. Ook Adem en Turquaze deden het naar verhouding heel oké aan de kassa.

Wat opvalt is dat geen hond ging kijken naar een aantal titels die door de filmpers tot het absurde toe geplugd werden. Koen Mortier en Alex Stockman mochten honderden keren uitleggen hoe geweldig en onmisbaar 22 Mei en Pulsar zijn. Het mocht niet baten. Ze verdwenen roemloos en geruisloos van de programmatie.

Hetzelfde geldt voor Gust Van den Berghes En waar de Sterre bleef Stille Staan. Sinds de vertoning in Cannes verscheen een eindeloze stroom artikels in kranten en op websites. Ondanks die pr-lawine passen diegenen die betaald hebben om de Felix Timmermans-verfilming te zien in een parochiezaaltje.

Ballen
Dat het grote publiek niet alle Vlaamse oppikt hoeft geen probleem te zijn. De kwaliteit varieert en het is op zich al een vooruitgang dat er keuze is. Wat telt, is dat de Vlaamse filmliefhebber de schroom overwonnen heeft en de producties van eigen bodem omarmt. Daarbij kiest het niet alleen voor commerciële films - zoals in het tijdperk Hector, Koko Flanel, Max en Oesje! – maar ook voor complexere auteursfilms als Adem en Rundskop.

Vlaanderen is daarmee een van de weinige regio’s waar de kloof tussen de publieksfilm en de auteursfilm niet onmetelijk diep is. Die zegening danken we aan de goede smaak van het publiek maar vooral aan de regisseurs en producers die stevige, intelligente, vlot bekijkbare, moderne films maken zonder inhoudelijke compromissen te sluiten.

Artistieke integriteit sluit commercieel succes niet uit. In Vlaanderen gaan ze vaak hand in hand. Aanrijding in Moskou is het schoolvoorbeeld van recente eigenzinnige, goedgemaakte cinema die buitengewoon goed scoorde aan de kassa en uitgroeide tot een ware publiekslieveling. Felix Van Groeningen verlegde de grenzen met De Helaasheid der Dingen en nu is er Michaël R. Roskam die met Rundskop alles en iedereen overtreft.

Het snoeiharde noodlotsdrama voert sinds de release de bezoekers top-10 aan van de Kinepoliscomplexen. Kinepolis, de popcorn-grotebekerscola en chips-bioscoop! De zalen zitten afgeladen vol met mama’s, boekhouders, wegenwerkers, it’ers, pubers en geprepensioneerden die komen kijken naar rauwe, ongenadige cinema van eigen bodem.

Rundskop herdefinieert de manier waarop we vanaf 2011 over Vlaamse cinema praten, dwingt tot een prompte herevaluatie van zelfs de meest bejubelde Vlaamse films en legt de lat extreem hoog voor iedere film die nog moet verschijnen. Het debuut van Roskam is een scharnierfilm, een nieuw ijkpunt. Er is Vlaamse film vóór Rundskop en Vlaamse cinema na Rundskop.

Zonder de kwaliteiten van de andere films te minimaliseren is het de enige film die er echt toe doet. Neem nu Pulsar: een knappe hedendaagse stadsthriller over een jonge man die langzaam de trappers verliest wanneer zijn computer gehackt wordt en hij niet meer kan skypen met zijn lief. De radeloosheid, frustratie, opgekropte woede van de verliefde, eenzaam achtergebleven gast is aandoenlijk en pijnlijk herkenbaar.

Hoogtechnologische kosmos
De weergaloze Matthias Schoenaerts speelt de op een na beste rol uit zijn carrière. Schoenaerts gaat volledig op in de door Stockman gecreëerde hoogtechnologische kosmos. Het verhaal is niet altijd even logisch opgebouwd en vooral naar het einde toe is het warrigheid troef. De advocaat van de duivel oppert dan: “Wat wil je? We zitten in het hoofd van een man die ten onder gaat aan achterdocht en paranoia. Hoeveel logica kan je dan verwachten?”

Pulsar (c) Corridor  Pulsar lokte gemengde reacties uit. Het is love it or hate it. Haat voor zij die niet mee willen (of kunnen) gaan in de hersenspinsels en waangedachten van het hoofdpersonage, liefde voor zij die van bij het begin in de ban raken van Samuel / Matthias Schoenaerts. Pulsar is uw aandacht en tijd waard. Is het niet om het verhaal over de totale afhankelijkheid van de moderne mens van technologische snufjes dan wel om Schoenaerts’ intense vertolking.

Even ambitieus en even hard geflopt aan de kassa is Marieke, Marieke. Op de keper beschouwd is het geen Vlaamse film maar een Brussels-Waalse, maar omdat hij gemaakt is door een Nederlandstalige regisseur en Jan Decleir en Barbara Sarafian de hoofdrollen spelen is hij driekwart Vlaams. Decleir en Sarafian in het Frans zien spelen is vreemd maar eens de verbazing daarover wegebt, ontvouwt zich een wonderbaarlijk verhaal over Marieke, een jonge vrouw die valt op oude venten.

Oud zoals in minstens zestig plus, gerimpeld, met kwabben, plooien, levervlekken en een waslijst aan lichamelijke klachten. Wanneer de opa’s na de seks in slaap sukkelen, maakt Marieke foto’s van haar liefdesprooi. Waarom de film het niet goed deed, wordt snel duidelijk. Mariekes verhaal maakt een gekunstelde indruk en Schoukens gaat te vaak de über arty farty toer op waardoor haar film nooit echt tot leven komt en een beetje ziel mist.

Het belet niet dat het enorm genieten is van de zinderende vertolking van Hande Kodja – onthoud die naam, onthoud die naam! - een jonge Franstalige Belgische actrice die haar opleiding genoot in Parijs. Nooit was een actrice stijlvoller gekleed in een Belgische film dan zij. Kodja is een beeld van een vrouw die de wereld gaat veroveren, in ieder geval de Franstalige filmwereld. De zalige decors en de hypergestileerde fotografie maken van Marieke, Marieke een lust voor het oog.

Adem
Adem werd door de bezoekers van de website vlaamsefilm.be uitgeroepen tot de beste Vlaamse film van 2010. Tegen die keuze is werkelijk niets in te brengen. De film heeft bijvoorbeeld de verdienste de eerste te zijn waarin Marie Vinck haar vedettenstatus wettigt. Ze speelt haar rol met een finesse en dosering die we bij haar nog niet gezien hebben. Hopelijk is Adem het begin van een carrière vol ambitieuze rollen en projecten met regisseurs die haar uitdagen en prikkelen.

Adem (c) KFD Als lief van MUCO-patiënt Wouter Hendrickx toont Vinck dat ze zo veel meer heeft dan twee troeven. Adem is de film met het rijkste scenario, de beste vertolkingen, de meest doordachte visuele vormgeving en de beste muziek van 2010. Van alle Vlaamse films van het afgelopen jaar was het de meest coherente, die waarin de elementen het best in elkaar klikten.

Adem vertelt een pakkend liefdesverhaal waarin twee MUCO-patiënten meer willen dan louter overleven. Ze zoeken passie, snelheid en spanning en bovenal een lief. Dat de film internationaal niet meer weerklank kreeg heeft alles te maken met één enkele ongelukkige keuze: nevenpersonage Jimmy – de beste vriend van Stef Aerts – is ellendig karikaturaal uitgewerkt en wordt te hysterisch gespeeld door Rik Verheye. Hij verstoort het evenwicht en het ritme van de film en voegt veel te weinig toe. Was Jimmy volledig uit het scenario geschrapt dan had Adem een klein meesterwerk kunnen worden.

Nu is het een voortreffelijke film waarin Stef Aerts toont waartoe hij in staat is. Enig mooi zijn zijn scènes met Anemone Valcke: aarzelend aan de telefoon, hunkerend aan de deur van haar hermetisch afgesloten kamer, onwennig op hun eerste date buiten het ziekenhuis. Adem is een warme, menselijke film die leeft. Adem is goed.

Gust Van den Berghe is een kerel met lef. De hoofdrolspelers in zijn En Waar de Sterre Bleef Stille Staan hebben het Syndroom van Down. Die beslissing leverde hem een pak gratis publiciteit op. De vraag blijft of de film daar bij gediend is. Wat die niet sterker geweest als hij met een traditionele rolbezetting had gewerkt? Een retorische vraag.

Zeker is dat het hem een pak bezoekers heeft gekost. Wie thuis bleef heeft een prachtige stroom aan donkere, haast Breugheliaanse beelden gemist. En het debuut van een kerel die charisma, talent en goesting te koop heeft. Aan Van den Berghe om de hoog gestelde verwachtingen waar te maken.

Guy Goossens en Mark Punt hebben met Frits en Freddy een leemte gevuld. Overdreven veel geslaagde komedies zijn er nog niet gemaakt in Vlaanderen. Bijbelverkopers en would-be dieven Tom Van Dyck en Peter Van den Begin stelen de show in deze film die maar één doel heeft: mensen doen lachen. Missie geslaagd. Frits en Freddy is onweerstaanbaar grappig, onnozel en absurd. Het acteerdebuut van Erika Van Tielen overtuigt nauwelijks maar stoort ook niet. Petje af voor Wim Opbrouck, de man die nog nooit een slechte rol heeft gespeeld.

Zinderend drama
Toen kwam Rundskop en werd alles anders. De Vlaamse film met het indrukwekkendste camerawerk, de dwingendste regie, de allerbeste mannelijke vertolking, de natuurlijkste montage en het meest tragische levensverhaal ooit verteld. Of kort: met voorsprong de beste Vlaamse film aller tijden.

Rundskop (c) Savage Films Rundskop is een zinderend drama over de Limburgse veeboer Jacky Vanmarsenille  (Matthias Schoenaerts). Voor wie de film nog niet gezien heeft, verklappen we niet wat de kerel meegemaakt heeft, wel dat het heftig is. De dertiger wordt half bewust, half onbewust meegesleurd door een allesvernietigende draaikolk. Terwijl spoken uit zijn verleden hem opjagen, onderhoudt hij in het heden nauwe contacten met de hormonenmaffia. De combinatie van de twee is te veel voor één man.

Jacky Vanmarsenille. Dader en slachtoffer in één. Een man die binnen de minuut wraakzuchtig, bang, verward en zelfverzekerd kan zijn. Een filmpersonage dat zijn weerga niet kent: charismatisch en betoverend, buitengewoon sterk en onverwacht  fragiel. Een vent die je eens goed zou vastpakken mocht je er geen schrik van hebben. Altijd geloofwaardig en innemend, maar ook angstaanjagend en eeuwig balancerend op een slappe psychologische koord. Schoenaerts vertolking is grensverleggend. De fysieke metamorfose is indrukwekkend. Onder die spierbundels zit nog steeds die briljante acteur. Deze vertolking is nog veel straffer dan wat hij deed in Linkeroever, Loft en Pulsar. Niemand deed ooit beter. Echt niemand.

Puntgaaf
Naast Schoenaerts in Vlaanderen ongeëvenaarde prestatie, het al bejubelde camerawerk van Nicolas Karakatsanis en de perfect gedoseerde score van Raf Keunen zijn er de talloze uitmuntend gespeelde bijrollen. Wat verklikker Jeroen Perceval, de West-Vlaamse opperhormonenspuiter Sam Louwyck en de Limburgse medeonderhandelaar Frank Lammers doen in de schaduw van Schoenaerts is puntgaaf. Iedere beweging, iedere frasering is er boenk op.

Scenarist en regisseur Roskam heeft het allerbeste gepuurd uit zijn crew en cast en kneedde de verschillende elementen tot een onwrikbaar geheel. Roskam ging te werk met de allure van een man die al vijf Oscars op zijn schouw heeft staan, op een ochtend opstaat en in zichzelf denkt: “Nu ga ik de wereld tonen hoe het moet. Vandaag begin ik aan mijn Magnum Opus!”

De film straalt zo veel beheersing, evenwicht en metier uit dat het haast niet te geloven is dat het een debuut is. Met Rundskop gaat Roskam verder dan een Vlaamse filmmaker ooit gegaan is. Hij gaat tot het absolute uiterste. Het is op alle vlakken het scherpste, brutaalste, uitdagendste en krachtigste ooit.

Rundskop is exact de film die we nodig hadden. Een kopstoot. De weg die de Vlaamse film de laatste vijftien afgelegd heeft, is indrukwekkend. Iedere twee, drie jaar is er wel een film waarvan we kunnen zeggen: dit hebben we nog niet eerder gezien. In 2009 leefde het idee dat De Helaasheid der Dingen onovertrefbaar was. Nu zeggen we hetzelfde over Rundskop. Beter kan niet. Toch is het vrijwel zeker dat het wel nog beter kan. De nieuwe lichting is zo creatief, hongerig en gezond arrogant dat Roskam film binnen afzienbare tijd van zijn troon gestoten wordt.

Vlaamse cinema leeft
Programmeurs van buitenlandse filmfestivals hebben door dat de Vlaamse cinema leeft. Vlaamse producties worden geselecteerd voor de meest uiteenlopende festivals over de hele wereld en ze winnen prijzen. Nu komt een belangrijke maar: we winnen nooit belangrijke prijzen op belangrijke festivals. In Cannes, Berlijn, Venetië en Toronto spelen we niet mee. Is het een kwestie van tijd of missen we toch nog dat tikkeltje extra?

[limgt7] Feit is dat we geen enkele regisseur hebben die kan dienen als boegbeeld en breekijzer. De Waalse cinema heeft met de gebroeders Dardenne wereldberoemde vaandeldragers. De Denen hebben Lars Von Trier en Thomas Vinterberg, de Zweden Lukas Moodysson, de Turken Nuri Bilge Ceylan, de Iraniërs Jafar Panahi. Welke Vlaming zouden ze in het buitenland kennen? Heel misschien Felix van Groeningen.

De volgende stap is garanderen dat de jonge honden de middelen en de ondersteuning krijgen om een belangwekkend oeuvre uit te bouwen. Enkel door film na film te draaien worden ze beter. Daarvoor is geld. Dat is een taak van de overheid en investeerders. De laatste stap is de verovering van de wereld. Oscars, Gouden Beren en Palmen. Een Zuid-Afrikaanse (Tsotsi), Bosnische (Grvabica) en Roemeense (4 Months, 3 Weeks and 2 Days) film is er de jongste jaren in geslaagd. Dat zijn niet de meest traditionele filmlanden. Als zij het kunnen, waarom wij dan niet?

Smoorverliefd (c) Caviar Dilms 22 mei (c) KFD Pulsar (c) Corridor Adem (c) KFD Rundskop (c) Savage Films
PLANEET CINEMA

Planeet Cinema is een online filmmagazine. We bekijken films zonder grenzen: oud of nieuw, populair of obscuur.

We geven graag nieuw schrijftalent de kans om online te publiceren.

Planeet Cinema beschikt over een uitgebreid archief van meer dan 6.000 artikelen sinds 1993.

 

HOME
RECENSIES
ACHTERGRONDEN
FESTIVALS
KLASSIEKERS

Twitter Facebook

 

THEMA

THEMA - UIT DE KUNST
Vrouw in een mannenwereld


Met de hulp van een historica draaide de Franse regisseur Bruno Nuytten in 1988 een biopic over een van Frankrijks meest bekende vrouwelijke kunstenaars uit de negentiende eeuw. De gelijknamige film vertelt haar tragische levensverhaal begeleid door de dramatische muziek voor hoofdzakelijk strijkers van componist Gabriel Yared.

>>>

THEMA - UIT DE KUNST
De beeldhouwer die niet wou schilderen


Quizvraagje voor bij de barbecue: wat hebben Mozes, Johannes de Doper, Marcus Antonius, Henry VIII, Michelangelo en God de Vader zelve gemeenschappelijk? Antwoord: ze werden allemaal op film vereeuwigd door Charlton Heston.

>>>

THEMA - UIT DE KUNST
Het spanningsveld van de kunstenaar


Een kunstschilder die in de tweede helft van de negentiende eeuw in het zog van het impressionisme op de kunstscène verschijnt, is Auguste Renoir. Deze Fransman die ongeveer 6000 schilderijen maakte, is echter niet de enige kunstenaar die Gilles Bourdos met de film Renoir in de verf zet.

>>>

THEMA - UIT DE KUNST
Genialiteit ondergedompeld in miserie


Quoth the raven: ‘nevermore’. Edgar Allan Poe schreef de beroemde dichtregel in 1845, en sindsdien heeft zijn raaf de populaire cultuur niet meer verlaten. Als zelfs The Simpsons je gedicht opnemen in hun Treehouse of Horrorreeks, weet je dat je het als dichter gemaakt hebt.

>>>

THEMA - UIT DE KUNST
Pop-art tot de tiende macht


Thierry Guetta is een Fransman die in Los Angeles een tweedehands kledingzaak heeft. Via via ontmoet hij een street art-kunstenaar en hij – notoir allesfilmer – springt bij en filmt alles. Meer street art-kunstenaars laten zich filmen. Een idee voor een documentaire is geboren. Maar er is iets loos. Guetta zal niet rusten voor hij alle kunstenaars heeft gefilmd. Hij ontmoet er veel. Maar er ontbreekt er een: Banksy, die intussen wereldberoemd is geworden met zijn ironische street art.

>>>

THEMA - UIT DE KUNST
Wie is er bang van Alfred Hitchcock?


In 2012, meer dan 30 jaar na zijn dood, verschenen er plots twee films over het leven van Alfred Hitchcock. Het mag een wonder zijn dat het zolang geduurd heeft. Hitchcock was een mysterieus man en een gedroomd object voor een biopic.

>>>

UIT HET ARCHIEF

Warner Bros.
POSEIDON
De wereld op z'n kop
>>>