De Latijns-Amerikaanse cinema is de laatste tientallen jaren gedomineerd door Argentinië, Brazilië en Mexico. In de schaduw heeft Chili zich ontwikkeld tot een minstens even boeiend en verrassend filmland. Het blijft voorlopig een goed bewaard geheim omdat de meeste films het commerciële circuit in Europa niet halen. Op filmfestivals gooien ze wel hoge ogen en winnen ze steeds belangrijkere onderscheidingen.
Voor niet-traditionele filmindustrieën zijn die filmprijzen de enige manier om aan belang te winnen. Christian Mungiu en Nuri Bilge Ceylan vestigden de aandacht op respectievelijk Roemenië en Turkije door vanop ieder festival met een vrachtwagentje aan onderscheidingen te vertrekken. Het multiplicatoreffect is niet te onderschatten. Hun succes gaf hun collega’s meer zelfvertrouwen, lokte meer financiers en creëerde in het buitenland nieuwsgierigheid naar andere Roemeense en Turkse films.
Eén kanttekening: het is niet gelijk waar een film prijzen wint. Triomferen in Gent, Montréal, München of Huelva is fijn maar om werkelijk impact te hebben gaat het om Cannes, Berlijn, Venetië, Toronto, Rotterdam, Sundance, de Oscars en de Golden Globes.
Culturele herademing
In het geval van Chili zorgde La Nana voor de grote doorbraak door in 2009 de World Cinema-competitie op het Sundance festival te winnen. Sebastián Silva’s Mexicaans-Chileense coproductie kreeg ook een Golden Globe-nominatie. Drie jaar later was er hernieuwd Sundance-succes toen Andrés Woods regie van Violeta se fue a los cielos (Violeta Went to Heaven) en het scenario van Joven y Alocada (Young and Wild) bekroond werden in dezelfde categorie. Dominga Sotomayor Castillo kreeg in Rotterdam een Tiger Award voor De Jueves a Domingo maar het toppunt was de Oscarnominatie voor Pablo Larraíns No eerder dit jaar. De Golden Globe en de Oscar die Chili had kunnen winnen gingen overigens Das Weisse Band en Amour, twee films van Michael Haneke. Er zijn ergere dingen dan daar het hoofd voor te moeten buigen.
Door de Oscarnominatie voor No krijgt de Chileense cinema meer aandacht dan ooit. De eerste films dateren al van het begin van de twintigste eeuw. Planeet Cinema focust op de films van de jaren 2000 tot nu. Tijdens het tijdperk Pinochet zat de industrie op een dood spoor. De intelligentsia was het land ontvlucht. Pas toen de dictator in 1990 zijn macht moest afstaan herademde de culturele wereld, al zou het nog een tijdje duren voor het niveau weer op peil was.
De opeenvolgende periodes Allende - Pinochet hebben Chili door elkaar geschud. Een land dat door een staatsgreep van de ene op de andere dag van een linkse staat verandert in een rechtse dictatuur heeft een en ander te verwerken. Beide tijdperken zijn dan ook een blijvende inspiratie voor scenaristen, zoals Argentijnen verhalen blijven vertellen over de periode van de militaire dictatuur.
No is het laatste deel van Pablo Larraíns indrukwekkende Pinochettrilogie waarvan Tony Manero en Post Mortem de eerste twee delen zijn. In Machuca toont Andrés Wood de totale verwarring en tweedeling van zijn land voorafgaand aan de staatsgreep. Documentairemaker Patricio Guzmán scoorde internationaal met zijn Salvador Allende (2004) en Nostalgia de la Luz (2010).
Hedendaagse maatschappij
Gelukkig is er meer dan de verwerking van historische trauma’s. De jongere generatie richt zijn blik op de hedendaagse maatschappij en brengt strikt persoonlijke, kleine verhalen over liefde, dromen, eenzaamheid, passie en frustratie. Alicia Scherson (Play en Turistas) en Matías Bize (Sábado, una película en tiempo real, En La Cama, Lo bueno de llorar, La Vida de los Peces) hebben een filmuniversum geschapen waarin twintigers en dertigers hun identiteit zoeken en afrekenen met universele – dus erg herkenbare - problemen.
In het bruisende Joven y alocada zet een tienermeisje zich zeer nadrukkelijk af tegen haar streng katholieke ouders, in de roadmovie De Jueves a Domingo stelt een echtpaar al na een paar tientallen kilometers vast dat hun huwelijk niet meer te redden is. Ze hebben nog duizenden kilometers voor de boeg, met de kinderen op de achterbank.
Niet alleen de inhoudelijke variatie houdt de Chileense cinema boeiend en verrassend, ook de verschillende toon die de makers aanslaan, geeft telkens een ander cachet aan hun films. Zo maakte Andrés Wood met Machuca een onweerstaanbare publieksvriendelijke coming-of-age film, is zijn La Buena Vida een sombere, weinig hoopgevende mozaïekfilm en La fiebre del loco een satirische afrekening met geldgraaiers. Joven y Alocada is provocerend, Play intrigerend, Tony Manero choquerend, La Vida de los Peces confronterend, En la Cama fascinerend en Fuga meeslepend.
Geladen cinema
Het werk van de huidige generaties filmmakers leunt sterk aan bij de betere Franse auteurscinema. Dialogen krijgen een prominente rol en ze hebben een heel open visie op seks en relaties. Hun cinema is zowel fysiek als emotioneel erg geladen en nooit vrijblijvend.
Ze vertrekken vanuit een concept, werken dat radicaal uit zonder inhoudelijke en artistieke toegevingen te doen en – nu komt het bijzondere – hun films zijn opvallend bekijkbaar. Ze lopen vlot en zijn erg behapbaar. Ze hebben de meeste goede kenmerken van de arthouse cinema en bijna geen vervelende. Zo zijn hun films intelligent zonder pretentieus over te komen, soms donker en bluesy maar nooit deprimerend, origineel en gewaagd maar niet arty farty of vergezocht en ook de traagste film is niet saai.
Dat laatste heeft alles te maken met het sterke humane karakter van de hedendaagse Chileense cinema. De scenario’s draaien altijd rond sterke, herkenbare personages. Ook de grootste, meest ingrijpende gebeurtenissen worden verteld vanuit het oogpunt van de gewone Chileen. Biopics over Allende en Pinochet zijn er niet. Wel rake films over de gevolgen van hun beleid op het dagelijkse leven van de man in de straat. Kleine, eenvoudige verhalen over grootse onderwerpen: het klinkt eenvoudig maar het is aartsmoeilijk. Het vraagt een sterke persoonlijkheid achter en enigmatische acteurs voor de camera.
Vaste hand
Aan uitgesproken karakters geen gebrek. Hun films mogen naar Europese en Amerikaanse normen dan bescheiden zijn van opzet, ze zijn gemaakt met een vaste hand en de zelfverzekerdheid van oude rotten. Overtuigd van hun eigen kunnen blijven ze hun filmtaal verfijnen en zichzelf heruitvinden. Ze werken met acteurs en actrices die bereid zijn klein en onzichtbaar te spelen. Ze dragen het verhaal, maar stijgen er nooit boven uit. Ze gaan op in een organisch geheel zonder hun identiteit te verliezen. En La Cama zou niet hetzelfde zijn zonder Blanca Lewin, zij zou niets zijn zonder de formidabele dialogen.
Na Tony Manero is het gezicht van Alfredo Castro voor eeuwig en altijd in het geheugen gebrand maar zonder de grandioze mise-en-scène en de onwerkelijke sfeer die Pablo Larraín creëert, is hij nauwelijks meer dan een freak. Alice Küppenheim is in iedere film waarin ze speelt helemaal zichzelf en toch verdwijnt ze telkens in haar personage.
Het hoopgevende voor Chili is dat er naast kwaliteit ook kwantiteit is, zeker voor een klein(er) filmland. Er is een vijftal regisseurs dat nu al jaren heel straffe films maakt en er is een resem acteurs en actrices in alle leeftijdscategorieën die steeds beter lijken te worden. De komende weken leest u er bij ons alles over.
THEMA - CINEMA CHILI
In de maanden mei en juni richt Planeet Cinema thematisch zijn blik richting cinema Chili.
Planeet Cinema is een online filmmagazine. We bekijken films zonder grenzen: oud of nieuw, populair of obscuur.
We geven graag nieuw schrijftalent de kans om online te publiceren.
Planeet Cinema beschikt over een uitgebreid archief van meer dan 6.000 artikelen sinds 1993.
HOME
RECENSIES
ACHTERGRONDEN
FESTIVALS
KLASSIEKERS
Met de hulp van een historica draaide de Franse regisseur Bruno Nuytten in 1988 een biopic over een van Frankrijks meest bekende vrouwelijke kunstenaars uit de negentiende eeuw. De gelijknamige film vertelt haar tragische levensverhaal begeleid door de dramatische muziek voor hoofdzakelijk strijkers van componist Gabriel Yared.
>>>
Quizvraagje voor bij de barbecue: wat hebben Mozes, Johannes de Doper, Marcus Antonius, Henry VIII, Michelangelo en God de Vader zelve gemeenschappelijk? Antwoord: ze werden allemaal op film vereeuwigd door Charlton Heston.
>>>
Een kunstschilder die in de tweede helft van de negentiende eeuw in het zog van het impressionisme op de kunstscène verschijnt, is Auguste Renoir. Deze Fransman die ongeveer 6000 schilderijen maakte, is echter niet de enige kunstenaar die Gilles Bourdos met de film Renoir in de verf zet.
>>>
Quoth the raven: ‘nevermore’. Edgar Allan Poe schreef de beroemde dichtregel in 1845, en sindsdien heeft zijn raaf de populaire cultuur niet meer verlaten. Als zelfs The Simpsons je gedicht opnemen in hun Treehouse of Horrorreeks, weet je dat je het als dichter gemaakt hebt.
>>>
Thierry Guetta is een Fransman die in Los Angeles een tweedehands kledingzaak heeft. Via via ontmoet hij een street art-kunstenaar en hij – notoir allesfilmer – springt bij en filmt alles. Meer street art-kunstenaars laten zich filmen. Een idee voor een documentaire is geboren. Maar er is iets loos. Guetta zal niet rusten voor hij alle kunstenaars heeft gefilmd. Hij ontmoet er veel. Maar er ontbreekt er een: Banksy, die intussen wereldberoemd is geworden met zijn ironische street art.
>>>
In 2012, meer dan 30 jaar na zijn dood, verschenen er plots twee films over het leven van Alfred Hitchcock. Het mag een wonder zijn dat het zolang geduurd heeft. Hitchcock was een mysterieus man en een gedroomd object voor een biopic.
>>>